Waarom de kleine ondernemer in Zutphen wél kan blijven bestaan: “Het is de kunst om authentiek te blijven”

Langs de IJssel ligt de Torenstad, ook wel bekend als Zutphen. Hier vind je oude gebouwen, kleine hofjes en hier en daar sporen van de Hanzestad van vroeger. Wanneer je door de kleine straatjes loopt, is er één ding wat meteen opvalt. Er zijn veel kleine winkels, terwijl de grote merken juist ontbreken. Tegenwoordig lijken kleine ondernemers in andere steden het niet te redden, wat in Zutphen juist niet het geval is. Wat is het verhaal hierachter?

“Dat is precies wat meteen opvalt in deze stad: het diverse, rare, eigenzinnige aanbod van winkels,” vertelt Remco Feith. Hij werkt als binnenstadsmanager van Zutphen samen met ondernemers en de gemeente. Volgens hem zijn er meerdere factoren die meetellen, zoals de invloed van buitenaf en de beschikbare panden in de binnenstad.

“Heel Amsterdam drinkt inmiddels al havermelk, maar in Zutphen was dat eigenlijk veel eerder al normaal,” vertelt Remco. “Vanaf eind jaren negentig was dat al hip hier.” Zutphen is van zichzelf al een hippe stad, vooral door de sfeer die er al hangt. Het is een eigenzinnige en biologische stad. Dat zie je vooral terug in de winkels, die vaak onbekende producten verkopen. “Dat is iets wat de toeristen enorm aantrekt, want met die vreemde producten kun je mooi indruk maken op bijvoorbeeld verjaardagen.”

Vraag je de originele Zutphenezen, dan krijg je hetzelfde antwoord: er is een enorme stroom van mensen uit het westen die naar Zutphen trekken. Ze verkopen hun huis in bijvoorbeeld de hoofdstad voor veel geld en daarmee kopen ze een nieuwbouwwoning aan de rand van Zutphen. Zij nemen ook bepaalde gewoontes en sfeer met zich mee, die voortleven in de Gelderse stad. “Het grootste deel van de inwoners is zelf al bezig met duurzaam en verantwoord leven. Die bepaalde cultuur uit het westen die over komt waaien, wakkert die levensstijl alleen maar aan.”

Klooien met vierkante meters

Een andere factor die meespeelt, is het aantal vierkante meters dat beschikbaar is in de binnenstad. “We hebben relatief kleine panden,” vertelt Remco. “Het grootste pand dat we hier hebben, is die van de Albert Heijn. Dat zorgt er ook voor dat grote merken Zutphen liever links laten liggen. Zij gaan niet met een grote collectie klooien op maar tweehonderd vierkante meter.”  Daar baalt Remco van als binnenstadsmanager, mede omdat Zutphen van oorsprong geen studenten heeft die spontaan de stad ingaan: er zijn geen hogescholen of universiteiten. “Maar uiteindelijk zijn die panden bezet door kleine ondernemers die in combinatie met de bepaalde sfeer die in de stad hangt, hele leuke winkels zijn begonnen. Daardoor zijn veel meer toeristen naar Zutphen gekomen die die winkels juist heel uniek vonden.”

Overdracht- en overnameproblematiek

Als binnenstadsmanager werkt Remco voornamelijk individueel. “Mijn grootste taak is zorgen dat er meer bezoekers naar Zutphen komen die meer uitgeven en langer verbleven, zodat de kassa van de ondernemer goed blijft lopen,” zegt Remco. Deze klus voert hij alleen uit. Wel heeft hij een bestuur waarin hij dingen terugkoppelt en een jaarplan mee maakt. “Maar vanzelfsprekend werk ik met en voor de ondernemers. Ik vraag naar hun behoeftes en ondersteun ze waar nodig. Ik ben wel de enige binnenstadsmanager, maar werk eigenlijk samen met de ondernemers.

Remco heeft nog een belangrijke taak: ervoor zorgen dat de panden niet leeg komen te staan. Dat is iets wat nog best lastig kan zijn. “Vind maar eens iemand die zoiets ziet zitten. Je hebt sowieso al te maken met nieuwe generaties die bijvoorbeeld vinden dat een winkel runnen niet goed genoeg verdient. In sommige gevallen klopt dat ook. Stel dat de filiaalmanager van een grote winkelketen stopt, dan staat er vrijwel meteen al een nieuwe klaar. Hier heb ik niet zomaar iemand klaarstaan voor directe overname. Misschien komt dat wel door financieringsproblemen: simpelweg te weinig geld hebben. Dus het nadeel van een binnenstad met veel zelfstandige ondernemers, is het proces van overdracht en overname.”

Geld lenen bij investeerders

Momenteel werkt Remco aan een programma om dit probleem beter aan te pakken. Hierin probeert hij vroegtijdig een gesprek met de ondernemer aan te gaan om eventuele leegstand te voorkomen. Dit doet hij niet alleen, maar samen met de gemeente, banken en oud-ondernemers. Zelfs met mensen die een grote spaarpot hebben en potentie zien in een nieuwe winkel. “Het kan natuurlijk voorkomen dat iemand geen geld bij de bank kan lenen om een winkel te openen. Dan komen de investeerders in beeld, die zeggen: kom je geld maar bij mij lenen. Dat is ook een financieringsvorm, want sommige ondernemers zien bepaalde winkels wel degelijk zitten. Zo helpen ze elkaar financieel en in denkkracht.”

Iedereen die geïnteresseerd is in dat programma mag zich erbij aansluiten. Alle ondernemers die zich in het centrum van Zutphen bevinden, zijn voor Remco de opdrachtgevers. “Ik help iedereen die maar geholpen wil worden, omdat ik iedereen even lief heb. Daarnaast is het voordeel voor de ondernemer natuurlijk meer geld in het laatje.”

In Zutphen is dus geen universiteit of hogeschool te vinden. Dit zorgt er, in combinatie met het gebrek aan grote merken in de winkelstraat, al snel voor dat jongeren wegtrekken naar andere steden. “Ik begrijp heel goed dat jongeren de binnenstad wat oubollig vinden en dat het misschien niet goed aansluit op hun generatie. Maar aan de andere kant heeft Zutphen ook bepaalde hippe aspecten die juist goed bij die doelgroepen passen. Vaak zijn die generaties ook al bezig met duurzamer leven: liever iets meer betalen, dan krijg je er iets goeds voor terug. Zutphen heeft zeker winkels die daarop aansluiten.”

Waar een gebrek aan jongeren ook voor zorgt, is weinig overlast van uitgaande studenten. Er wordt niet op een willekeurige dinsdagavond gedronken in de stad. “Mensen zitten braaf hun diner weg te werken in restaurants met rustige muziek op de achtergrond,” lacht Remco. “Als ik mijn dochter meeneem naar een van die plekken, wil ze al gauw weer weg. Die vindt daar niks aan.”

Onderlinge verbinding

“De ondernemers in de binnenstad zijn heel eigenwijs en regelen veel onderling,” vertelt Remco. “Ze bedenken bijvoorbeeld een fairtrade-route door het centrum, langs allemaal winkels die dus fairtrade-producten verkopen. Dat wordt gepromoot en er worden allemaal folders over verspreid. Veel toeristen maken daar gebruik van, want op die manier lopen ze langs nieuwe winkels met vreemde producten. Het zijn winkels met een bijzonder verhaal.” Volgens hem kun je deze routes alleen ontwikkelen als je elkaar opzoekt en samenwerkt. Maar dat kan soms ook voor botsingen zorgen. “Zoals ik zei hebben ze dus een behoorlijke eigen wil. Het kan zijn dat er een andere ondernemer tussen komt en die vindt het bijvoorbeeld ‘links gedoe’. Dan moet je de boel weer even lijmen en de discussie temperen. Maar uiteindelijk is het zo dat als je een discussie met iemand hebt gehad, het daarna juist wel lukt om samen te werken. Dat is in Zutphen ook een beetje het geval. Het is enorm open en eerlijk, dan weet je wat je aan elkaar hebt.”

Remco draagt zelf dus ook in zekere zin bij aan verbinding tussen mensen. Hij ondersteunt de ondernemers met hun plannen en brengt mensen bij elkaar.

Invloedrijke markt

De wekelijkse warenmarkt heeft ook enorm veel invloed op het bezoekersaantal. “Je kunt het zien als kruisbestuiving,” licht Remco toe. “Je gaat naar de markt voor je groente, maar dan kun je ook nog even dat ene boek halen.” Elke donderdag is er een drukbezochte markt, waar ook een biologisch deel te vinden is. Ook is er op zaterdag een markt, die iets kleiner is. “Je hebt natuurlijk altijd mensen, ook van buiten de stad, die de markt heel leuk vinden. Het is ook een plek waar mensen samenkomen en er heerst een gezellige sfeer. Vergeet ook de Duitsers niet, die komen hier ook maar al te graag. Voor de vis bijvoorbeeld, dat kennen ze daar niet zoals hier. Hier net over de grens zijn ze ook gek op haring en kibbeling.”

Dat de markt een fijne plek is, wordt bevestigd door verkopers en bezoekers op de wekelijkse markt op donderdag. Een voorbeeld hiervan is Jacqueline, die al ruim 45 jaar te vinden is op de markt in Zutphen. “Het is natuurlijk een historische Hanzestad, daar komen altijd wel mensen op af. Daarom is de markt altijd goed bezocht en komen mensen hier graag.” Ook waardeert ze het contact met klanten en vindt ze dat de markt zelf ook bijdraagt aan saamhorigheid in de stad.

Stad met een verhaal

Remco vertelt dat de onbekendheid van Zutphen wordt bemind. “De grootste aantrekkingskracht is de oude historische binnenstad. Het verhaal van de Hanzestad, de oude Vikingen, de oorlogen: je ziet de geschiedenis overal terug. In de gebouwen, grote huizen waar de rijken vroeger woonden en er zijn zelfs nog oude verdedigingslinies zichtbaar. Daar is veel interesse in, mensen vinden dat mooie verhalen.” Wie door het centrum loopt, zal ook verborgen hofjes en steegjes vinden. Vooral in het voorjaar bloeien allerlei bloemen en planten op en hier en daar ligt een kruidentuintje verstopt. “Dat vinden mensen ook altijd leuk om te zien,” vertelt Remco. “Een stad met een verhaal. Weinig mensen weten dat er dat soort plekjes in Zutphen verscholen zitten, dus ze vinden het leuk om dat te ontdekken.”

Wat is dan de geheime formule? Volgens Remco is het een combinatie van de sfeer en het aantal vierkante meters dat in de stad beschikbaar is. “Als je uniek bent, heb je aantrekkingskracht. Dat is precies het geval in Zutphen. De sfeer die hier hangt, mensen uit het westen die een bepaalde invloed met zich meebrengen, de gebouwen, het telt allemaal mee.” Het is duidelijk dat mensen graag naar Zutphen komen, er hangt een fijne sfeer. “En dat is precies waarom de kleine ondernemer hier prima een winkel kan runnen. De ondernemers in de stad staan altijd voor elkaar klaar.”