HOOGEVEEN – Twee klassen van het Roelof van Echten College in Hoogeveen werden afgelopen donderdag verrast met een gastles van vijf studenten journalistiek. Na een korte uitleg over de werkwijze van een journalist, werd er vooral veel tijd gestoken in de mening en interesses van de leerlingen over journalistieke onderwerpen en vormen van publicaties.

Om 12:15 stroomt de eerste klas van mevrouw van Cooten vol. De les blijkt een andere invulling te hebben dan dat de leerlingen normaal gesproken gewend zijn. Vijf studenten van hogeschool Windesheim staan voor de klas. Er ontstaat wat geroezemoes onderling, maar al vrij snel gaat iedereen op zijn of haar stoel zitten. Ook mevrouw van Cooten neemt plaats in het klaslokaal. “Wie weet wat journalistiek inhoudt”, vraagt een student. Meteen schieten er een paar vingers de lucht in.

Nadat ze aandachtig hebben geluisterd, mogen de leerlingen hun tablet erbij pakken. Met behulp van een digitale Mentimeter ontstaan er gesprekken tussen de leerlingen en de studenten. Een interactieve eerste les en de klas is erg dynamisch. Op de vraag: ‘wat doet een journalist’ luiden veel verschillende antwoorden zoals interviewen, onderzoeken en het nieuws vertellen. In de Mentimeter wordt ook een vraag gesteld over waar de leerlingen aandacht voor willen. Hier moeten ze iets langer over nadenken. Sommigen overleggen even met elkaar, om vervolgens hun antwoord in te vullen. De antwoorden lopen behoorlijk uiteen. “Ik vind dat er meer aandacht moet komen voor mensen die het moeilijk hebben in het leven”, zegt een leerling. Een ander vindt weer dat er aandacht moet komen voor kinderen die niet thuis kunnen wonen. Ook moet het nieuws over onderwijs positiever en willen ze meer aandacht voor de boeren.

De leerlingen hebben een proactieve houding en geven enthousiast hun mening. Op de vraag wat ze verstaan onder de term ‘overlast’, hebben ze het onder andere over jongeren met harde muziek op straat en onder invloed zijn van drank en/of drugs. Maar ook de jeugd die dingen vernielen en troep maken of zelfs mensen lastigvallen. “Mijn opa en oma zijn een keer geslagen door een Poolse man”, vertelt een van de leerlingen.

Als eventuele oorzaak voor overlast denken de leerlingen dat ze zich vervelen of stoer willen doen tegenover hun vrienden. Krakeel wordt genoemd als voorbeeld van een wijk met overlast. “Als ik daar ben word ik aangestaard en ben ik bang om aangevallen te worden. En ze vechten wel eens bij de Lidl”, vertelt een leerling. Maar daardoor wordt Krakeel ook gezien als een interessante wijk om items over te maken. Hier gebeurt volgens hen namelijk genoeg om over te schrijven. Zo ook een groepje hangjeugd genaamd ‘Hoogeveense Drillers’. Als een van de studenten vraagt naar eventuele oplossingen, blijft het even stil. Achterin de klas steekt iemand alsnog haar hand op. “Er kunnen wat meer activiteiten worden georganiseerd voor onze leeftijd. Of misschien wel een gamehal.”

Tweedeklassers

Het is later op de middag en je merkt dat de leerlingen uit de andere klas sneller afgeleid zijn. Niet gek, als je hiervoor net een uurtje gym hebt gehad. Toch weten de studenten de aandacht te trekken en beginnen wederom met de gastles. Maar nu met een andere startvraag ten opzichte van de eerste groep. Op de vraag wie er een hangjongere is, gaan zo’n acht handen voorzichtig omhoog. De leerlingen geven verschillende redenen voor het veroorzaken van overlast, zoals bijvoorbeeld aandacht zoeken of een onveilige thuissituatie. In deze klas wordt nog een ander idee gedeeld om overlast grotendeels op te lossen. “Er mogen ook meer plekken opgericht worden waar jongeren veilig kunnen rondhangen, zonder dat ze overlast veroorzaken voor omwonenden.” Volgens de leerlingen uit de tweede klas doet het ertoe wie het zegt. “Als ik diegene ken, luister ik eerder.”

Aan het einde van de les krijgen de leerlingen nog een aantal voorbeelden te zien van verschillende vormen van publicaties binnen de journalistiek. Zij mogen kiezen welk fragment de meeste aandacht trekt en waarom. Om vervolgens zelf te bedenken over welk onderwerp ze een item willen maken en op welke manier. Tijdens de laatste opdracht laat de klok zien dat het tijd is. Er volgt een luid applaus.