Tiny vond haar liefde in en voor Scharnegoutum: “Dit is myn thús, nergens oars”
Op een herfstachtige vrijdagochtend rijd er een auto het Friese dorp Scharnegoutum binnen. Gelijk even uit de stad, maar nog zo dichtbij Sneek. De auto rijdt door de ader van het dorp, De Legedyk. Hier vindt je de lokale supermarkt ‘de Poiesz’ en het dorpshuis. Op de straat zie je mensen met elkaar praten. Waar de oude vrouw met een rolkoffertje de tijd neemt om rustig over te steken richting de lokale bakker, zie je een man in pak mogelijk een zakenman, rennend vanuit de Poiesz richting zijn grote Mercedes rennen. Aan de andere kant van de weg zwaait de oude vrouw met het rolkoffertje. Ze zwaait naar de auto die afslaat richting de speeltuin. In die auto zit iemand die net als deze oude mevrouw graag de tijd neemt. De auto parkeert net achter de straat van de lokale supermarkt. Even blijft ze zitten, maar dan stapt ze uit. Tiny Rijsemus, de vrouw bij wie dit dorp in haar hart zit.
Luctor et Emergo. Dat is wat er boven de deur hangt waar Tiny Rijsemus (42) naar binnen stapt. Ze zet rustig haar tas neer op de trap en stapt naar binnen. Het is nog rustig thuis. Aan de muren hangen prachtige foto’s van Tiny, haar man Michel en hun dochter Yentl. Even staat ze stil en kijkt ernaar. Terwijl de waterkoker loopt kijkt ze op haar telefoon. Geen bericht, dan kan ze rustig gaan zitten. Michel haalt Yentl van school. Met de theekop voor haar en een telefoon op stil kijkt ze naar het zelfgemaakte tafelkleed wat ze heeft ontworpen met haar dochter. Heel simpel, gewoon een plastic plaat met de tekeningen van Tiny haar tienjarige dochtertje. Aan de muur hangt een foto van haar, Yentl. Een prachtig, sociaal en sportief kind, echt een blij ei. Tiny lacht als ze denkt hoe haar dochter eigenlijk op haar lijkt. Waar Yentl net zo druk is met van alles en nog wat, is ook Tiny, net als haar man altijd zeer actief in alles wat ze doen. Een uitstekend team als partners, en nu een perfect gezin met z’n drietjes.
Wie had dat gedacht? Een meisje uit een dorp 25 km verderop vindt haar liefde, letterlijk en figuurlijk op een plek waar ze nu, echt, gelukkig is. Het avontuur begon bij het voetbalveld, hier in Scharnegoutum. Michel was reserve. Hij stond daar maar een beetje onhandig te doen. Ondanks dat ze met 0-3 verloren hadden gingen ze die avond toch de kroeg in. Toen kwamen Tiny en Michel in gesprek. Van het ene kwam het andere, en toen sprong de vonk over. Tiny vond haar grote liefde in Scharnegoutum, maar ook de liefde voor het dorp zelf. Haar thuis. De plek waar ze oud wil worden. Samen met Michel en het liefst met dochter Yentl die in een huisje hiernaast komt te wonen.
De thee is op, de klok slaat drie uur. Tiny verplaatst zich van de tafel naar de bank en opent de krant. Op de middenpagina komt ze een stuk tegen over een gebeurtenis dat plaats heeft gevonden in haar geboortedorp: Sint Nicolaasga. Het lijkt alsof het bericht haar overvalt. Tiny is opgegroeid in dit dorp, op een boerderij, in een groot gezin. Tiny was een van de negen kinderen die woonden bij ‘heit en mem’ op de boerderij in het Friese dorp Sint Nicolaasga. In 2005 verloor Tiny haar moeder. Heit is een paar jaar later verongelukt op de boerderij, samen met een zwager van Tiny. Zo vroeg beide ouders verliezen is zwaar. Tiny krijgt bij Sint Nicolaasga niet dat echte thuis gevoel. Het heeft altijd een extra lading gehad, en nog steeds. Tiny is nog veel bij haar broers en zussen en komt dan ook nog wel geregeld in haar geboortedorp. Maar haar echte thuis, dat is hier, in Scharnegoutum. Tiny sluit de krant en laat de gedachten over haar geboorte dorp achter haar. Het is al 20 jaar geleden dat ze vertrok uit Sint Nicolaasga. Ze wilde graag hier weg, een plekje voor haar zelf. Dit vond ze in Giethoorn. Het was een aanbod. Maar nadat ze haar liefde vond in Scharnegoutum, Michel, was het snel duidelijk, dit is de plek waar Tiny thuis is.
En als je veel van de plek houdt waar je woont, dan doe je daar ook zoveel mogelijk voor. Nu Yentl en ook haar man nog niet thuis zijn kan Tiny even rustig haar klusjes klaren voor de kinderkerk die ze a.s. zondag weer moet organiseren. Ze pakt de laptop. Er staat een tabel open van de agenda van de Oranjevereniging, waar Michel gisterenavond nog druk mee bezig was. Er staan nog meer tabellen open, allemaal van Tiny. Naast een programma voor de kinderkerk is ze ook bezig voor de speeltuinvereniging. Het zeg al genoeg, Tiny en haar man zijn overal actief bij betrokken. Ze krijgt een glinstering in haar ogen als ze de activiteiten voor in het nieuwe jaar erbij pakt. De foto’s van de recente wandeltocht vanuit de speeltuinvereniging staan ook online. Ze lijkt er echt trots op te zijn. En toch is er sprake van een dubbele laag. Want na het werk is er maar even tijd voor rust. Tiny doet haar werk voor de verengingen met veel plezier en passie. Ze stroomt over van enthousiasme als ze weer wat mag doen voor het dorp. Maar er is er ook verdriet en teleurstelling. Tiny, en ook haar man Michel hebben eigenlijk bijna een eigen motto: ‘Als niemand het doet, dan doe ik het wel!’ Maar ook deze familie heeft grenzen. Op een gegeven moment is het genoeg. Tiny mist de motivatie vanuit de rest van het dorp. Het is jammer. Het beangstigt haar. Ze doet het voor de toekomst van Scharnegoutum, maar ook voor de toekomst van haar kind. Er is de angst dat hun kinderen zullen vertrekken, misschien zelfs ongewild, allemaal omdat de motivatie ontbreekt in het dorp. Hoe mooi zou het zijn als die grote passie van Tiny ook aanwezig zou zijn bij de rest van de inwoners van Scharnegoutum? Die sociale binding, iets wat heel belangrijk is voor de nieuwe generatie, maar ook op dit moment.
Tiny opent de groepsapp van de speeltuinvereniging op haar telefoon. Ze opent de notulen van de laatste vergadering. Samen met vele andere dorpsbewoners deelt Tiny een grote liefde voor een dorp waar ze zich thuis voelt, een plek die vertrouwd aanvoelt. Maar wat als je een bedreiging voelt, die eigenlijk komt vanuit je eigen woonplaats? Dit is dus eerder besproken, en komt eigenlijk bij iedere vergadering weer terug. Ook in deze notulen leest Tiny weer over lage opkomst en het feit dat er opnieuw geen reactie is voor opvolgers van de activiteitencommissie. Er ontbreekt motivatie, doorzettingsvermogen, betrokkenheid, en dat allemaal vanuit de dorpsbewoners zelf. Gefrustreerd, dat is Tiny vooral, maar ze blijft hoop houden.
De laptop gaat dicht, de deur gaat open. Het is Yentl die binnen komt stormen om haar moeder een knuffel te geven. Ze houdt haar dochter voor een tijd vast en krijgt even een traan in haar oog. “Dit is mijn thuis. Dit is het gevoel wat ik nooit heb op de plek waar ik vandaan kom”. Ja, er leeft een angst. Dat het dorp uit elkaar kan vallen, die kans is er. Dat haar dochter niet meer hier kan wonen, die kans is er ook. Maar Tiny houdt vol. Luctor et Emergo, ‘ik worstel en kom boven’.
Het verdwijnen van sociale binding in een dorp en de angst voor de toekomst van dorpsverenigingen vormen een grootschalig probleem. Een bloeiend verenigingsleven is een uiterst belangrijke factor in de ‘mienskip’ van Friesland. Nergens is het verenigingsleven zo omvangrijk als in Friesland, maar de afgelopen jaren hebben de verenigingen een afname van zowel het aantal leden als de frequentie van activiteiten waargenomen. Hoe kan worden gewaarborgd dat het verenigingsleven in de Friese dorpen duurzaam is voor de toekomst?
Wetenschappelijk onderzoek wijst uit dat actieve participatie in verenigingen het gevoel van betrokkenheid versterkt, wat leidt tot verminderde eenzaamheid en stress. Ondanks steun vanuit de overheid om verenigingen in te zetten voor het bevorderen van gezondheid en sociale samenhang, neemt de deelname aan verenigingen af door vergrijzing en individualisering. In Friesland is het lidmaatschap van verenigingen tussen 2012 en 2019 met 13,2 procent gedaald, en sommige verenigingen, met name in krimp- en plattelandsregio’s, ervaren een afnemend budget (Marinus & Commijs, 2021).
(BRON: planbureau Friesland)
Recente reacties