Kan de politiek de mobiele bereikbaarheidsproblemen in Overijssel oplossen?
De politiek als oplossing voor het probleem. In het geval van de toeslagenaffaire is de politiek juist de veroorzaker van het probleem. Toch wordt er vaak hoopvol gekeken naar Den Haag. In het geval van de mobiele bereikbaarheid bijvoorbeeld. Uit een rondgang in 2020 van de Overijsselse Vereniging Krachtige Kernen (OVKK), blijkt dat veel dorpen in Overijssel last hebben van slechte bereikbaarheid. Naar aanleiding van deze rondgang is er contact gezocht met verschillende Kamerleden om dit probleem te agenderen en hopelijk op te lossen, maar hoeveel Kamervragen moeten er worden gesteld voordat er een oplossing is?
Op basis van een enquête OVKK onder haar leden zijn er Kamervragen gesteld over dit bereikbaarheidsprobleem. Een van de gangmakers van dit proces is Bert van der Moolen, voormalig voorzitter van het Plaatselijk Belang Vilsteren en bestuurslid bij de OVKK. Ook in Vilsteren, gemeente Ommen, zijn er volgens hem bereikbaarheidsproblemen: “Ik moet vaak in de tuin staan om goed bereik te hebben. Ook mijn buren liepen tegen dit probleem aan en naar aanleiding daarvan heb ik een rondvraag georganiseerd onder belangenverenigingen door heel Overijssel met de vraag of meerdere dorpen hier last van hadden.” Naar aanleiding van de rondgang heeft van der Moolen contact gezocht met Joba van den Berg, toenmalig Kamerlid voor het CDA, om Kamervragen te stellen aan staatssecretaris Mona Keijzer van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK). Inmiddels zijn er meerdere commissievergaderingen geweest over de bereikbaarheid, maar nu rijst de vraag in hoeverre dit zin heeft gehad.
Taak Tweede Kamer
Hilde Palland, huidig Tweede Kamerlid namens het CDA en geboren Overijsselaar, denkt dat er wel enkele stappen zijn gezet: “De Tweede Kamer heeft als taak om dit soort signalen op te vangen en naar aanleiding daarvan vragen te stellen aan het kabinet. Mijn voormalig collega Kamerlid Joba van den Berg heeft dit bij herhaling gedaan en dat heeft er echt voor gezorgd dat het onderwerp ‘mobiele bereikbaarheid’ op de agenda is gekomen. Door deze vragen heeft staatssecretaris Keijzer actie moeten ondernemen om dit probleem op te lossen. Dit heeft ervoor gezorgd dat er bijvoorbeeld in Hoge Hexel nu een opstelpunt komt voor een nieuwe zendmast.” Toch is er volgens Palland zeker ruimte voor verbetering: “Er zijn gebieden waar mensen ervaren dat er geen goede dekking is. Wij hebben daar een rol in als overheid. Wij kunnen eenvoudiger in gesprek met marktpartijen om te zorgen voor oplossingen.”
Het politieke proces langzaam. De vraag is of het met een demissionair kabinet nu nog trager gaat: “Er wordt in de politiek vaker gedacht in jaren dan in maanden, voordat er terugkoppeling komt, maar het verbeteren van de bereikbaarheid is iets wat ook in het geval van een demissionair kabinet gewoon doorgaat. Dit zijn geen gevoelige kwesties waar een kabinet over moet beslissen. Dat blijkt uit de Kamervragen die mijn collega van den Berg en ik hebben gesteld. We kregen op 18 maart reactie, de dag na de verkiezingen, het beleid gaat dus gewoon door”, aldus Palland.
‘Absolute wereldtop’
Dat beleid wordt op dit moment dus uitgevoerd door staatssecretaris Mona Keijzer. Volgens een woordvoerder van haar ministerie EZK is het beleid nog nooit zo vooruitstrevend geweest: “We behoren als Nederland tot de absolute wereldtop als het om bereikbaarheid gaat. We hebben voor het eerst beleid gemaakt waarin een dekkingseis voor providers is vastgesteld. Dit moet achtennegentig procent zijn van het totale oppervlak van iedere gemeente. Verder hebben we een Nota Mobiele Communicatie opgesteld waar onze visie met betrekking tot de bereikbaarheid in staat beschreven. Ik kan natuurlijk wel begrijpen dat als je net woont in de twee procent waar geen dekking is dat je weinig hebt aan deze cijfers, maar we streven altijd naar een nog betere bereikbaarheid. Simpelweg omdat er nu mensen buiten de boot vallen.”
Waarom is die honderd procent dekking dan gewoon niet te garanderen? Volgens de woordvoerder van staatssecretaris Keijzer ligt dat aan een aantal factoren: “Honderd procent dekking bestaat niet. Je hebt te maken met bebossing en bebouwing die de straling tegen houden. Slechte bereikbaarheid komt niet alleen voor in de buitengebieden, maar ook in de steden door de vele gebouwen. We hebben allemaal goed geïsoleerde huizen en daar kan straling niet altijd doorheen. Als je iedereen in Nederland goed bereik wilt garanderen moet elk huis wel een zendmast hebben, maar dat is natuurlijk een onmogelijke opgave, zeker ook met de gezondheidsrisico’s die te veel straling met zich meebrengen.”
Beperkt effect
Het dorp Vilsteren, waar Bert van der Moolen woont, heeft ook te maken met natuurlijke factoren die de bereikbaarheid kunnen verslechteren. Veel bosgebied in een licht glooiend terrein voor minder goede bereikbaarheid zorgen. Dit is ook aangegeven door staatssecretaris Keijzer in de beantwoording van de Kamervragen in november 2020. Wat kunnen de providers dan wel doen om in zo’n geval de bereikbaarheid te verbeteren? Hilde Palland zegt het gesprek hierover aan te gaan met providers: “KPN heeft aangegeven dat ze in Vilsteren gaan investeren in de vernieuwing van de radioapparatuur en de opstelpunten. Toch denken ze dat de inspanningen door de afstand tussen de mast en de vele bomen in de omgeving beperkt effect zullen hebben. Daarnaast staat het plaatsen van nieuwe masten, in tegenstelling tot in veel gemeenten, nog niet op de planning.”
Ook Bert van der Moolen heeft gesproken met alle drie providers die zendmasten kunnen plaatsen (T-Mobile, KPN, VodafoneZiggo): “Ze gaven aan dat er in de komende jaren geen wezenlijke verbetering zal komen, in ieder geval niet voor Vilsteren. Er zijn geen concrete verbeterplannen, anders dan een verandering in de gebruikte frequentie, zodat het bereik eenvoudiger door de huismuren zou kunnen komen, maar dat zal niet dusdanig verschil gaan leiden. Ze hebben wel aangegeven om in gesprek te blijven met ons.”
Als vrijwel alle opties zijn geprobeerd is het maar de vraag of van der Moolen nog wel vertrouwen in de politiek heeft: “Ik heb zeker nog vertrouwen, al word ik er soms wel een beetje cynisch van. Zeker als je elke maand een fors bedrag naar een provider overmaakt die ervoor moet zorgen dat je goede bereikbaarheid hebt. Het enige wat we kunnen doen is in gesprek blijven met de betrokken partijen en ervoor zorgen dat we in ieder geval elk half jaar op de politieke agenda komen”, aldus Van der Moolen.
De politiek kan dus zeker dit onderwerp op de agenda zetten en in gesprek gaan met mobiele providers maar de macht ligt toch echt bij die laatste partij. Providers kunnen daadwerkelijk zendmasten plaatsen en dat lijkt toch de oplossing voor de verbetering van het bereik. Voorlopig moeten de inwoners van Vilsteren nog wel even buiten blijven staan om mobiel bereik te behouden.
Dit is een artikel geschreven door journalisten bij Publiekplein (een samenwerking tussen RTV Oost en studenten journalistiek). Zij onderzoeken de bereikbaarheid van 112 in Overijssel. Heeft u ervaring met slechte bereikbaarheid, meld het ons (klik hier). Of wilt u op de hoogte blijven van de producties over de bereikbaarheid van 112 (klik hier). Meer lezen over de producties van publiekplein, klik hier.