“Als mensen achteruitrijden, dan is het gras zo hoog voor die sloot. Het is al twee, drie keer gebeurd dat er een auto achteruitging en met de kont in de sloot kwam,” vertelt Assen-Ooster Janny Joling. Het groenonderhoud in de wijk is haar een doorn in het oog. Het gras en onkruid op de parkeerplaatsen van buurthuis De Schulp, wat Janny runt: “Een dikke aanfluiting”. Ook bewoner Peter Dick is niet te spreken over het groen in de wijk. “Er wordt één keer gemaaid, wanneer de TT eraan komt. Om naar buiten alles netjes eruit te laten zien.” Het groenbeleid in Assen-Oost is een onderwerp van gesprek. Tijd om daar eens in te duiken.

Voor dit artikel zijn de volgende stukken bekeken:

• Groenvisie Assen, de groene stad van het noorden
• Groenvisie Assen 2040 raadsvoorstel

De gemeente wil het belang van groen uitdragen naar de inwoners. Om Assen in 2040 dé groene stad van het noorden te laten worden zal er in worden gezet op de drie V’s: Verbeteren, Verbinden en Vergroten van groen. De gemeente heeft de taak om het belang van groen uit te dragen naar de inwoners. Inwoners informeren over bepaalde keuzes en afwegingen en ze enthousiasmeren om zelf ook de handen uit de mouwen te steken op het gebied van groen. Bijvoorbeeld in het vergroenen van hun eigen tuinen. Ook inwoners meer naar buiten laten gaan, meer in het groen laten bewegen en elkaar te laten ontmoeten in het groen zijn streefpunten van de gemeente. Daarom is het project ‘Meedoen in het Groen’ opgezet.

De belangrijkste punten die de visie bevat:

• Behouden en versterken van de natuur
• Vergroenen van de stad en buitengebied. De auto moet minder dominant worden
• Ruimte voor groen, natuur en duurzame voedselproductie-initiatieven
• Ontwikkelen van aantrekkelijke groene verbindingen
• Inzetten op natuur inclusief bouwen

Bij het opstellen van de Groenvisie Assen 2024 en de Visie Klimaatadaptatie 2024 is samengewerkt met partijen als Actium, Het Drentse Landschap, NMF en de bijenvereniging. Om de bewoners te informeren over beide visies is er een fietsroute georganiseerd ‘Onderweg naar een groene stad’. Ook konden zij zelf ideeën geven. Tijdens de fietstocht konden er vragen beantwoord worden. Deze vragen zijn door weinig mensen ingevuld. De gemeente geeft daarom aan dat de lage aantallen de uitkomst niet representatief maken.

Uit de wel beantwoorde vragen is het volgende af te leiden:

“Op hoofdlijnen is uit de antwoorden af te leiden dat de deelnemers:

• – groen erg belangrijk vinden en het aanwezige groen in Assen hoog (3,8 van 5) waarderen
• – meer groen op schoolpleinen belangrijk vinden en van mening zijn dat meer groen andere
• plekken (binnenstad en industrieterreinen) aantrekkelijker maakt
• – de gevolgen van klimaatverandering merken en hier vaak ook zelf iets aan willen doen,
• bijvoorbeeld door meer groen in de eigen tuin en bewust omgaan met waterverbruik”

In de rapportage Groenvisie Assen, de groene stad van het noorden is onder andere te lezen dat onderzoek uitwijst dat buurtgroen een effectief middel is om overlast, onveiligheid en verloedering aan te pakken. Ook staat in de rapportage dat verloedering aangepakt kan worden middels buurtgroen. Dat is interessant omdat sommige bewoners van Assen-Oost juist door het groen de wijk verloederd vinden. In hoofdstuk 3.5 beheer en onderhoud van de Groenvisie, is te lezen dat de bezuinigingen op het groenbeheer van de afgelopen jaren voornamelijk terug te zien is in de oudere wijken. Wijken zoals Assen-Oost. Dit is waar Janny Joling het over heeft.

Omslag

Universitair docent enviromental biology aan de Universiteit Leiden, Roy Remme houdt zich veel bezig met stedelijke natuur en vertelt over het belang van groen in een wijk. Opvallend aan wat hij vertelt is dat onkruid, wat een grote rol in Assen-Oost speelt, eigenlijk helemaal geen onkruid is. “Wij als mensen geven het label ‘onkruid’, maar voor heel veel dieren-en insectensoorten is dit gras juist heel erg belangrijk”. Onkruid is dus goed voor de biodiversiteit. Maar daar heeft niet iedereen wat aan. Het is daarom belangrijk volgens Remme dat er goede communicatie is vanuit de gemeente naar de bewoners. “Nederland is altijd heel erg aangeharkt geweest, nu moet opeens dat aangeharkte weg. Het is een redelijke omslag en als dat niet goed wordt uitgelegd is dat best ingewikkeld.”

De roep vanuit de bewoners om meer te gaan maaien is geen goed idee, vertelt Remme.“Vanuit oudsher wordt er in het voorjaar gemaaid, dan gaat alles hard groeien, dus ga je vaker maaien omdat dat een nettere aanblik heeft. Juist in die periode gaan alle bloemen bloeien en soorten die bestuivers nodig hebben. Als je gaat maaien, maai je die allemaal weg en haal je al het voedsel weg.” Er moet in deze periode dus juist minder gemaaid worden. Zo is in Engeland de beweging No Mow May (niet maaien in mei) ontstaan. De gemeente Assen past ecologisch bermbeheer toe. Dat wil zeggen dat er één of twee keer gemaaid wordt in juni en september/oktober. Het maaien in juni is dus verstandige keuze vanuit de gemeente. Ook het ‘sinus’ maaien, het gevarieerd maaien van stukken gras, wat de gemeente toepast is een goede zet voor de natuur, volgens de universitair docent. “Zo laat je veel meer soorten staan waardoor je veel meer langdurige voedsel hebt voor andere soorten.”

3-30-300 regel

Landelijke wetgeving over groen in de stad of wijk is er niet echt. Wel wordt er gewerkt aan een groennorm. Het zijn vooral vuistregels die gemeenten toepassen voor groen in de stad of wijk. De 3-30-300 regel is zo’n veel gebruikte vuistregel.

Je zou 3 bomen vanuit je raam moeten zien

30% groenoppervlak rondom elk gebouw moeten hebben

En binnen 300 meter van je huis een hoogkwalitatief stuk groen moeten hebben.

Deze regel wil de gemeente Assen ook gaan toepassen, zo is te lezen in het raadsvoorstel.

Remme is altijd voorstander voor ruimte voor de natuur maar het moet natuurlijk wel veilig blijven in een wijk. Auto’s die met hun achterkanten de sloot inrijden door te hoog gras is niet de bedoeling.  “In eerste instantie blijft een wijk een omgeving voor mensen om in te wonen. Dus je moet ook zorgen voor een inrichting die niet voor gevaar zorgt.”  Toch mag die inrichting in aangeharkt Nederland best wat rommeliger voor het welzijn van de natuur.

Of er een balans gevonden kan worden tussen een veilige wijk en een ‘rommelige’ groene wijk zullen we in 2040 kunnen concluderen, wanneer de doelen van de Groenvisie van de gemeente Assen behaald moeten zijn.