Aaron pakt leeglopende voetbalclub bij de hand door eenheid te creëren

“In welke kleedkamer zitten we?”, vraagt een moeder van een speler uit de jeugd van SV Giethoorn. “Ik ga meteen kijken”, is het antwoord van Aaron Jen Hong Li, die zoals elke zaterdag klaarstaat voor alle jeugdteams in de vereniging. “Ik ga ook even kijken hoe het met ze gaat, vorig jaar trainde ik ze vaak”, zegt Aaron als hij met een kopje koffie vanuit de bestuurskamer de winterkou ingaat.

Met bibberende handen kijkt de 24-jarige jeugdcoördinator Aaron kijkt hij samen met de ouders naar de wedstrijd van het onder-11 team. Gekleed in een warme jas in clubkleuren om herkenbaar te zijn voor ouders loopt hij naar de zijlijn. De wedstrijd wordt gespeeld op een bijna witte grasmat, waar maar net op gespeeld kan worden. Aaron regelt dat er gevoetbald kan worden en dat er scheidsrechters zijn. Zoals hij zelf zegt: er moet leven in de brouwerij zijn.

Leven in de brouwerij

Aaron wil leven in de brouwerij omdat dit er vroeger niet was bij de club. Op deze koude zaterdag zijn er overal rennende en schreeuwende kinderen, gemixt met trainers en begeleiders. Een aantal jaren geleden stroomde de club juist leeg. Aaron en zijn voorganger schreven een jeugdplan met de ideeën voor de komende vijf jaar. “Verbintenis staat op nummer 1”, vertelt hij aan de ouders, die samen zien dat Giethoorn niet lekker aan de wedstrijd begonnen is en net na de warming-up al met 1-0 achterstaat. Aaron zegt dat de jeugdafleiding, net als bij veel andere clubs, leegliep. “Het is tegenwoordig makkelijker om niet te sporten. Social media, gamen; sommige kinderen doen liever andere dingen dan sporten. Vroeger ging je gewoon op sport en dan bleef je, of je het nu leuk vond leuk of niet”, ziet Aaron met lede ogen aan.

.

Aaron denkt terug aan het moment dat hij de club instapte, met als doel een ommekeer in het ledenaantal. Hij organiseerde evenementen en activiteiten in vakanties, waardoor het leven terugkeerde. Aaron vertelt naast de dug-out dat hij het leuk vindt om dingen te organiseren. “Dat is altijd zo geweest. Leuk om zaken op te pakken en te zorgen dat er iets staat waar mensen blij van worden”, noemt hij als hoofdreden om vijf jaar geleden de te beginnen als coördinator. Aaron is een echte regelaar, en ziet dat zijn inzet resultaat heeft. De afgelopen jaren is de krimp gestopt en zijn er zelfs enkele teams bijgekomen. “Daar ben ik heel trots op”, zegt Aaron, die ziet dat zijn ploeg inmiddels met 2-0 achterstaat en het vele rennen nog niet bepaald helpt tegen de gure temperaturen. “De volgende activiteit wordt leuker en warmer. Iets waar voetbal en videospellen samen komen”, belooft hij lachend aan de kinderen die na nog geen kwart wedstrijd hun voeten nauwelijks meer kunnen voelen.

Geen eenheid

Op het steenharde veld wordt er ondertussen wel goed samengewerkt, iets dat niet altijd zo geweest is, vertelt Aaron streng. Giethoorn is namelijk het dorp van discussies. “Dan kan het hard tegen hard zijn, en dat hoeft van mij niet op de club te gebeuren. Het hoort wel een beetje bij de cultuur hier, een uitgesproken mening”, waarschuwt Aaron de ‘nieuwe ouders’. Discussies vinden volgens Aaron plaats over toerismeproblematiek, het vaarbeleid, maar ook kleine dingen in de club. Eenheid is een probleem, facilitaire zaken ook. Aaron ziet dat Giethoorn, waarbij de derde én vierde bal ondertussen in het net is beland, beschikt over een trainer en een scheidsrechter. “Trainers vinden is het grootste probleem. Vroeger waren ouders sneller geneigd om zelf wat te doen, maar nu schuiven ze het af op de club. Als er geen coach is op zaterdag, dan werkt het niet”, legt Aaron uit. De activiteiten voor de jeugd waren dus geregeld, maar het creëren van een fijne club met mensen die er al waren, dát was de echte uitdaging.

Terwijl de jonge Gieters de 4-1 maken en de eerste negatieve geluiden voorzichtig beginnen te klinken, toch een eretreffer en reden om te juichen, blikt Aaron terug op de stappen die hij en zijn vrienden hebben moeten zetten.  Besloten werd om de oudere jeugd te betrekken in hun plannen. ”Die jongens werden 18 en we bieden ze een trainers/scheidsrechterscursus aan. We konden het ze niet verplichten, maar we willen wel dat iedereen die vrijwillige bijdrage levert.” Discussies moesten verdwijnen uit de club, er moest een voorbeeld genomen worden aan het spelplezier van de jonge spelertjes. Aaron staat voor gezelligheid. “Het moet hier leuk zijn en iedereen moet hier met een veilig gevoel kunnen komen. Dan moet er geen ruzie of onenigheid zijn.”

Eind goed, al goed

De wedstrijd is verloren, na twee goals in de slotfase eindigde het duel in 5-2. Bibberend én balend lopen de jonge Gietertjes naar binnen, op zoek naar een grote beker chocolademelk. Net als de andere jeugdteams, die allemaal verloren op de barre ochtend. De spelers worden getroost door oudere leden, die aan zijn gekomen voor het middagprogramma. Aaron kijkt trots naar de verbinding, samen met zijn maten die intussen aangekomen zijn. “Wij willen dat de jeugd en de senioren nog meer één vereniging vormen, en dat er geen losse flodders zijn”, zegt Aaron tegen een vader die zijn zoon komt ophalen. “Dat gebeurde heel veel, je had meerdere clubjes binnen de vereniging. Nu is dat anders.” Aaron loopt naar de jonge spelers toe, die hun warme versnapering intussen binnen hebben, terwijl de winterzon de temperatuur buiten net boven het vriespunt krijgt. De computers in de kantine worden opgestart en het befaamde jaarlijkse FIFA-toernooi gaat beginnen, iets dat in de oude club zonder leven in de brouwerij ondenkbaar was geweest. Kou, een nederlaag, dat maakt allemaal niet uit voor Aaron: het toernooi gaat door. “Zo zorgen we dat het hier gezellig blijft, en ik denk dat het aardig goed gaat.”